_DSC4330

Surfing Canada, eh

Vrijdag nam ik de snelle veerboot naar Victoria (BC, Canada) vanuit Seattle. Een mooie tocht, al was het jammer dat de ramen nogal vies waren en je niet lekker buiten kom zitten.

In de haven wachtte Derek mij op en bracht me naar zijn vroegere woning. Gedurende de zomervakantie heeft hij geen vaste verblijfplaats, dus hij verblijft vooral bij vrienden. In het huis woont zijn beste vriend Roman en daarnaast ook Ben. Ryan, een vriend van het bomenplanten, en zijn vriendin Lindsay waren er ook. Die laatste twee zijn de vrienden met wie Derek en ik de volgende dag naar Tofino zijn gegaan.
Derek (23) is vorig jaar afgestudeerd aan psychologie en heeft sindsdien meerdere banen gehad, waaronder een rehabilitatieverblijf voor ex-gedetineerden. Dat was niet zo’n succes, dus nu werkt hij op scholen voor moeilijk lerende kinderen. Daarnaast doet Derek aan bomenplanten tijdens het zomerseizoen, een baan die je, wanneer je het vaker doet, best veel geld oplevert. Dit was Dereks derde seizoen en gedurende 2,5 maand trok hij met zo’n vijftig man door de bergen en bossen om bomen te planten. Ryan en Lindsay zijn ook bomenplanters.

Zaterdag vertrokken we met een kleine SUV richting Tofino, een surfdorpje op een peninsula van Vancouver-eiland. Aan boord Derek, Lindsay, Ryan, hond Wesley en ik. Ryan en Derek waren er al vaker geweest, voor de rest was het de eerste keer. Ryan wist een plek waar je gratis kan kamperen aan een meer, wanneer je zo’n 30 km voor Tofino een houthakkerszandweg inslaat. Na zo’n 15 km op die weg kwamen we aan bij een trail van houten planken richting het meer, genaamd Kennedy Lake. Hier hebben we onze tenten opgezet. Het is misschien wel de enige plek in de omgeving waar je legaal en gratis je tent mag neerzetten. Er is geen drinkwater, dus je moet wel enigszins voorbereid komen, tenzij je natuurlijk echt wilt survivalen. Het meer was prachtig met een zandstrand en hoe heerlijk is het om direct het water in te kunnen duiken nadat je bent opgestaan? Bovendien kan je ‘s nachts ongelooflijk veel sterren zien, evenals de Melkweg, vallende sterren en satellieten. Kortom: een hele mooie ervaring.

Derek en ik hebben nog een dagje gesurfd en verder hebben we natuurlijk vooral genoten van het schitterende weer en de natuur. Natuurlijk hoorde hier een kampvuur, zwemmen in de zee en hotdogs maken bij. Hond Wesley vond het ook heerlijk. Verder hebben we onder andere sushi, pizza, falaffel, donair en BBQ-kip gegeten in Tofino zelf. Vlakbij ons strand, wat we deelden met een enkele andere kampeerders was ook een ander wildkampeerterrein dat te bereiken was met de auto en hier waren dan ook meer mensen. Hier hebben we dan ook ‘s avonds genoten van het kampvuur en het gezelschap van anderen.

Ryan, Derek en ik hebben nog een modderige trail gevolgd naar een bomber-vliegtuig wat tijdens WO2 gecrasht was in het bos. Geen heel makkelijk trail, en ook niet heel makkelijk te vinden. Maar een electriciteitspaal met een vliegtuigsymbool en een pijl was een duidelijke hint waar het begon en bovendien waren er lintjes gedurende de hele weg. Het was wel modderig, dus je moest wel balanceren op takken. Vrij kort na het begin van de tocht ging je door een verlaten bunkerachtig gebouw, wat ook al vrij surreëel was. Het was indrukwekkend om het vliegtuig uiteindelijk te vinden. Bovendien was de lading van het vliegtuig tot ontploffing gekomen, en kon je twee circelvormige meertjes terugvinden in de buurt van het vliegtuig. Het is mooi om te zien dat een aantal van mijn wensen die ik voor mijn reis in mijn achterhoofd had (rollercoasterparken bezoeken, een vliegtuigcrashplek bezoeken, etc.) haast natuurlijk onderdeel zijn geworden van mijn reis.

Na drie nachten aan het meer moesten Ryan, Lindsay en Wesley weer weg met de auto. Derek en ik wilden nog langer blijven, en we hadden van twee hippies in de supermarkt gehoord dat er een heel goedkope kampeerplek is niet ver van Tofino zelf. Zoals de hippies zelf al aangaven, was de plek zelfs aangegeven op de kaart van Tofino, namelijk met de tekening van twee hippies bij een Volkswagenbusje. Eco Village Poole’s Land, zoals het heet, is een initiatief van meneer Poole die ik meen in de jaren zeventig een stuk land kocht en met hulp van gasten het heeft uitgebouwd tot een kleine gemeenschap. Er is drinkwater, een keuken, een douche, een wietplantage op het dak van de keuken, meerdere toilletten verstopt in de bebossing (een gat in een houten hokje), meerdere trails van houten planken door het gebied, wifi, twee schoolbussen, en natuurlijk een flink aantal plaatsen om je tent neer te zetten. Het concept is dat je 10 dollar per persoon per macht betaald en dat je 1.5 uur werk verricht voor de gemeenschap. Nu was baas Poole er niet, dus hoefden we ook niet verplicht werk te doen. Normaal gesproken zou je 25 dollar per persoon per nacht betalen als je geen werk wil doen. Het is een mooi concept, en het is vrij indrukwekkend wat het heeft opgeleverd. Nu is deze plek ook wel een beetje berucht omdat het ook “verkeerde” mensen aantrekt, zo las ik achteraf dat een crimineel hier een tijd lang ondergedoken zat. Ook was er sprake van een onenigheid tussen enkele van onze buren, waarop de 50-jarige tengere buurman de jongere, kale, dikke buurman uitdaagde voor een confrontatie. Later in de keuken zou ik de oude buurman nog spreken, hij is best wel grappig, vol kennis en verhalen, maar wel lichtelijk gestoord zou ik zeggen. Overigens kwam het nooit tot een echte confrontatie, maar bleef de oude buur wel ongefundeerde roddels verspreiden over onze dikke buur. Saai is het hier nooi laat ik maar zeggen. Verder is het overwegend een hippiegemeenschap. De tijdelijke toezichthouder biedt je bij het inchecken al van alles te koop aan, waaronder sigaretten, wiet en paddestoelen, dus dat geeft wel een beeld van wat voor plek het is. Al met al was het de perfecte plek om goedkoop te verblijven. Er stopt zelfs een gratis Tofino-pendelbus voor de ingang en je kan er genoeg mensen ontmoeten. Het strand is ook vlakbij, plus een aantal eetgelegenheden langs de “snelweg”. McKenzie, een boomplantvriendin van Derek, liepen we direct tegen het lijf toen we er aankwamen. Lyndsay had ons eerder al verteld dat zij ook naar Tofino onderweg was, liftend, dus het was geen grote verrassing maar de timing was wel toevallig. Verder hebben we veel opgetrokken met Molly (26) uit Nieuw-Zeeland. Het was bloedjeheet op het strand, dus ik heb (succesvol) erg mijn best gedaan om niet te verbranden. ‘s Avonds hebben we ons aangesloten bij een kampvuur op het strand met wat Fransen, Frans-Canadezen. Met ukelele’s en een mondharmonica, een schitterende sterrenhemel en een lekker warm kampvuur was het een erg gezellige en fijne avond.

Na twee nachten zijn we ‘s middags begonnen met liften naar Victoria. Twee nachten later had Derek ‘s ochtends een laseroogoperatie, en we wilden zeker zijn dat we op tijd terug zouden komen. Met vijf lifts en twee stadsbussen kwamen we uiteindelijk thuis aan. We kregen onder andere een lift van een universiteitsvriendin van Derek met twee andere meiden in de auto die een wetenschapskamp voor kinderen organiseerden. Halverwege hadden we het meest moeite om een lift te krijgen, en het begon al laat te worden. We konden eventueel onze tent ergens neerzetten, maar uiteindelijk bood een “native” ons een lift aan. Hij was visser en was met zijn moeder onderweg naar een buitenstad van Victoria. Een geval apart: wietrokend, drinken, overmatig gebruik van het woord “fuck” en een aggressieve en supersnelle rijstijl. Ik voelde me niet onveilig, maar het was wel een hele ervaring. Mooi moment was wel dat hij tijdens een stop met zijn kinderen ging FaceTimen (beeldbellen). Hij was op weg naar zijn kinderen en had ze al een lange tijd niet gezien. Maar hij zou pas te laat terug zijn en drukte zijn kinderen op het hart om niet te wachten maar te gaan slapen. Het was mooi om te zien hoe hij veranderde in een oprecht goeie vader. De laatste lift kregen we aangeboden van een vrouw van eind 40 die ons zag wachten op de bus. We hadden net gegrapt dat we misschien net zo goed konden liften, dus dat was komisch. Er stonden verderop twee huizen in brand (schijnbaar), dus het busverkeer kon ontregeld zijn, aldus de vrouw. Ze neemt nooit lifters mee, maar had op diezelfde plek ooit een lift gekregen tijdens een smeeuwstorm. Dat was haar beweegreden om ons zomaar een lift aan te bieden.

Vrijdag hebben Derek en ik een heuvel beklommen met uitzicht over de stad, vlakbij het huis. Later die dag belandde huisgenoot Roman in het ziekenhuis door een fietsongeluk. ‘s Avonds brachten Derek en Ryan (die was ook weer van de partij) hem terug naar huis. Zijn arm was in het gips en hij zou dinsdag weer onder het mes gaan. Derek en wat vrienden gingen nog feesten in de stad, en Roman en ik hebben nog een film gekeken. Ryan en Derek kwamen na het stappen weer thuis, vervolgens ging Derek naar bed en zijn Roman, Ryan en ik tijdens het kijken van nog een film in slaap gevallen.

De volgende dag onderging Derek zijn operatie en moest hij de rest van de dag zijn ogen gesloten houden. Ik ben die dag Victoria gaan verkennen. Een stadje zoals ik het graag zie: mooi havengebiedje met drijvende vliegtuigen, niet het gevoel van een te grote stad en een mooi geheel. Ik heb het Royal BC Museum bezocht, wat erg mooi aangekleed was, je waande je echt in andere natuurgebieden en tijden en dus zeker de moeite waard. Verder was er nog een militaire vlaggenparade met kanonnen en geweren.
De volgende dag ging Derek op controle langs het ziekenhuis, daarna mocht hij met zonnebril op weer dingen doen. Hij had last van hoofdpijn, maar was erg blij met het resultaat van de operatie voor zover. We hebben fish en chips gegeten en koffie gedronken samen met Ryan, Lindsay en Wesley (een Tofino-reunie dus). Daarna zijn Derek en ik de stad in gegaan. Derek kreeg last van hoofdpijn met het licht buiten en is naar huis gegaan. Ik heb een rondleiding gedaan in het parlement van British Colombia (gratis, maar niet heel boeiend). Daarna ben ik in het havengebied op zoek gegaan naar een goeie plek om te zitten, want het Victoria Symfonieorkest gaf een gratis concert op het water. Na lang zoeken vond ik een mooie plek op een uitstupsel van een terras, wat priveeigendom is en waar je in tegenstelling tot relingen en standbeelden niet weggestuurd kan worden door de politie. Ik moest natuurlijk de terrasgasten niet hinderen en heb mijn benen gestrekt tijdens de pauze. Natuurlijk moest een stel azijnpissers hier over klagen en werd ik door een ober weggestuurd, maar ik ben vervolgens gewoon blijven zitten zonder verdere problemen. Het concert was mooi, al vond ik de muziekkeuze misschien niet heel origineel (Canadese volkslied, ‘t Zwanenmeer, Wilhelm Tell, etc.) maar de videospellenmedley was wel geinig. Soundtracks kan ik wel van genieten, en dat was dit in feite. Verder was het leuk dat een oude dame een nummer mocht dirigeren vanwege een veiling, en een 9-jarig jongetje speelde een aantal indrukwekkend nummers mee op piano. Afsluiter was het vuren van kanonnen vanaf boten en een vuurwerkshow die synchroon liepen met het orkest. Het viel me wel op dat het wat patriottisch was, met o.a. het volkslied en the Unknown Soldier met een minuut stilte achteraf. Dat had ik niet zo verwacht van de Canadezen.

De volgende dag namen Derek en ik de veerboot naar Vancouver. Het was de $17 zeker waard, mooie tocht en een fijne boot. Je kon zowel binnen als buiten zitten en het is een flinke boot. Daarna zijn we naar mijn hostel gegaan. Derek slaapt bij de ouders van een vriend in Noord Vancouver. Vervolgens hebben we bier gedronken in de bar onder/van het hostel totdat die vriend David kwam opdagen. Daarna zijn we met zijn drieën naar een donair/falafelcafé gegaan en vervolgens hebben we de avond voortgezet in een andere bar waar ook nog andere vrienden naartoe kwamen. Er was ook nog een dakloze die ongevraagd een tekening van ons drieën gemaakt. Behalve de accessoires (pet, bril) leken ze totaal niet op ons, maar ik heb de arme man toch maar een paar dollar gegeven voor de moeite.

De volgende dag heb ik zelf Vancouver verkend. Stanley Park is een erg mooi en vrij groot en natuurlijk park om doorheen te wandelen. ‘s Avonds gegeten met Derek en David en daarna nog een potje old school bowling met 5 kegels en een retro scorescherm.

Woensdag vlieg ik naar Chicago waar ik in een AirBnB van een soort muzikantencollectief terechtkom. Ben heel benieuwd wat dat gaat worden.